Vrijdag 22 oktober, avond
Met de warme gloed van het kampvuur (en een biertje of drie) in het borst en ledematen kruipen we in onze slaapzakken. Rond 2 uur ‘s nachts word ik verkleumd wakker. Zelfs met al mijn thermokleding aan, mijn buff én muts over mijn hoofd getrokken en met een schapenvel onder mijn matje trekt de natte grond toch alle warmte uit mijn lijf. Ik wikkel mijn regenjas om mijn slaapzak heen en val rillend in slaap.
Zaterdag 24 oktober
Er schijnt een mooi herfstzonnetje als ik uit mijn tent kruip. Ik heb het koud, dus het eerste wat ik wil is warm worden. Met mijn mes maak ik kleine houtjes die ik op elkaar stapel. Vervolgens pak ik een katoenen watje dat ik met mijn firesteel aanmaak. Ik leg het watje in de stapel en wacht tot het vlammetje van het katoen het hout begint te likken. Na een paar minuten heb ik een fijn vuurtje. Als iedereen wakker is en heeft ontbeten vertel ik het dagprogramma aan de groep. Vandaag gaan we leren vuur maken met een firesteel. Om vuur te maken met een firesteel heb je tondel nodig. Dit gaan we verzamelen in het bos. Tondel (tinder in het engels) is materiaal dat je gebruikt om de vonken die van de firesteel komen te laten evolueren naar een vlammetje. Bekende tondels die je kunt vinden in de natuur zijn: (distel)pluis, gedroogd heidegras, tondelzwam, katoen, berkenschors en lisdodde. Na veiligheidsinstructies over het bushcraftmes gaan we op pad.

We maken een wandeling van twee uur door het bos. Onderweg stuitten we op veel paddenstoelen (vooral inktzwammen), pitrus, watermunt en lisdodde en een mooie berkenzwam waaruit we een pleister snijden. Uit de bast van de berk snijdt ieder een plak schors dat we meenemen om later vuur mee te maken. Een stukje van het pad af maken we een kleine lus door een wilder stuk bos met veel bramenstruiken en begroeiing. Halverwege de route stuiten we op een vossendrol. Bijna op het einde vinden we en mooi droog stammetje dat we als brandhout kunnen gebruiken. We spotten twee buizerds in de verte. Met de tondel in onze zakken en boomstam op onze schouders lopen we terug naar het kampeerterrein.


Na een goede lunch start ik met de vuurmaakworkshop. Iedereen krijgt een firesteel en probeert verschillende soorten tondel te laten ontvlammen. Het tondel dat ontvlamt wordt in een nestje van kleine droge houtjes gelegd. Zo maakt ieder op eigen tempo zijn eigen vuurtje. Na de workshop is er tijd voor het craften van pijl en boog, houthakken en chillen. Als de avond valt bakken we vegaburgers. Het bos wordt donker. De sterrenhemel opent zich en het vuur gloeit. Wat is het leven toch goed!
Is zo’n bushcraftworkshop ook iets voor jou of voor een van je vrienden? Schrijf je dan in voor één van de bushcraftdata. Je kunt met een vriendengroep of je in je eentje aansluiten. Voor meer info over de workshop én data klik hier.